Ergens is een vak leren net als fietsen.
Je leert een vak niet door er een boek over te lezen, of een YouTube video over te kijken.
Je leert het door te doen; door te proberen.
Met vallen en opstaan.
Jouw taak als begeleider is om te zorgen dat je de student op tijd loslaat zodat deze los leert fietsen.
Niet te vroeg, zodat de student omkukelt.
Niet te laat, zodat de student beperkt is in de bewegingsruimte.
Jij bent de hand op de rug die de student op weg helpt.
Soms helpen zijwieltjes, soms helpt een helm.
Toch moet de student uiteindelijk zelf gaan trappen, sturen en remmen.
Kan de student zelfstandig fietsen?
Dan is er ruimte voor de student om om zich heen te kijken en te zien waar hij naartoe wil rijden.
Ja de student zal vallen, en soms is een pleister nodig.
Dat is onderdeel van het spel.
Jouw taak als begeleider is om te zorgen dat de student niet onnodig vaak valt,
omvalt op plekken waar de kans op grote blessures klein is
en vooral niet te bang is om zelf te gaan rijden.
Niet bang is om te vallen.
Een vak leren lukt alleen als je de student laat doén in een veilige omgeving.
Daarom is de stage zo’n waardevol onderdeel van een beroepsopleiding.
En daarom is het zo belangrijk dat je weet als begeleider wanneer je de student helpt, en wanneer je kijkt hoe deze zelf de straat uit probeert te fietsen.
Weten hoe je leert loslaten op het juiste moment?
Onze training helpt.
Abonneer ook op onze nieuwsbrief Werf Slim, ons wekelijkse duwtje in de rug.